‘We gebruiken nog steeds de tafels van opa Ben’

 

Het begon allemaal met de kiosk van opa Ben Hoogenbosch. Omdat het boerenbedrijf niet genoeg opleverde, ging hij op het terrein van zijn Catharina Hoeve ijs en snacks verkopen. Door het opkomende toerisme, in combinatie met zijn ondernemersinzicht, groeide dit uit tot een populair familierestaurant. Kleinzoon Joost is uit hetzelfde hout gesneden. 

 

Aan de muur hangen landbouwwerktuigen, paardentuigen en wagenwielen, die nog echt zijn gebruikt op het omringende land. Een paar zwart-wit foto’s herinneren aan die tijd. De Catharina Hoeve aan de Rozendijk is nog steeds authentiek. Wie omhoog kijkt in de stolp, ziet de dakspanten en het houten vierkant, dat al eeuwen stand houdt. Joost Hoogenbosch kijkt tevreden om zich heen. Het restaurant is weliswaar rustiek, maar van alle gemakken voorzien. ‘We hebben veel vaste gasten en die willen ook graag dat het bij oude blijft. Ze komen terug voor de open haard, dat is echt een begrip. We hebben zelfs nog steeds enkele tafels in gebruik die ooit door opa Ben zijn gemaakt.’

Patatkraam

De overgrootvader van Joost was de eerste Hoogenbosch die boerde op de Catharina Hoeve. Een klein, gemengd bedrijf met een paar koeien, varkens, kippen en wat landbouw. Zijn zoon Ben nam dat over, maar had een scherp oog voor het toenemende aantal bezoekers dat op het jonge bos ‘De Dennen’ afkwam. ‘Het begon in 1965 met een patatkraam aan de weg. Er kwam een pension bij, een keukentje, zo groeide dat. Opa stond zelf achter de pannen, oma deed de voorkant. En naar goed Texels gebruik hielpen de kinderen mee.’

Hoewel hij aanvankelijk bleef boeren naast het restaurant, kreeg Ben het er zo druk mee dat de koeien de deur uit gingen. Zoon Maarten, de vader van Joost, nam het stokje over en introduceerde de pannenkoeken. ‘Voor die tijd was de kaart slechts beperkt. Twee kroketjes op brood, een soepje, een omelet, dat soort werk. Toen we vijftig jaar bestonden hebben we als ludieke actie de kaart van die tijd gehanteerd. Ook met de prijzen van toen. Een halve kip voor een kwartje. Stonden er zevenhonderd man op de stoep’, lacht Joost.

Zijn vader zag de potentie van het restaurant voor families. Door gebruik te maken van een bakplaat, konden in een hoog tempo pannenkoeken worden gebakken voor grote gezelschappen. ‘Dat is een vrij unieke bakwijze, als je het vergelijkt met andere pannenkoekenrestaurants in Nederland. We doen het nog steeds zo.’ Om de kindvriendelijkheid te benadrukken, breidde Maarten ook de speeltuin op het erf uit. De aanpassingen pakten goed uit, de populariteit van de Catharina Hoeve steeg enorm.

Zeevaartschool

Zoals dat vaker gaat met kinderen van ondernemers, rolde Joost al op jonge leeftijd in het bedrijf. Hij werkte er vanaf zijn twaalfde in de afwas. Hij lacht: ‘Zet dat werken maar tussen aanhalingstekens.’ Omdat hij er niet helemaal zeker van was of hij een toekomst in de horeca wilde, ging hij naar de zeevaartschool in Harlingen. ‘Maar dat bleek toch niet mijn ding. Ik stopte er na een paar jaar mee en om de tijd te overbruggen ben ik bij de Catharina Hoeve aan de slag gegaan. Om vervolgens nooit meer weg te gaan. Het zit me kennelijk toch in het bloed.’

Over dat bloed gesproken, nadat zijn vader ermee stopte, stortte die zich op de vleeskoeien. Het boer zijn zat dus ook nog ergens. ‘Hij is nu met pensioen, maar doet regelmatig klusjes voor me, als dat nodig is. Of er in mij belangstelling zit voor het boerenbedrijf? Ik vond voor onze kippen zorgen al een hele opgave en dat zijn over het algemeen beesten waar je vrij weinig omkijken naar hebt, dus ik denk het niet.’

Veelzijdigheid

Joost ziet zichzelf meer als ondernemer dan strikt als horecaman. Hoewel hij ook de strandpaviljoens bij paal 15 aan zijn bedrijf heeft toegevoegd, vindt hij het niet denkbeeldig dat hij in de toekomst ooit iets ‘niet-horeca-achtigs’ gaat doen. ‘Maar wat, dat weet ik nog niet. De veelzijdigheid van mijn bestaan is wat ik prettig vind. Ik loop mee in de bediening als dat nodig is, stap voor nood in de keuken achter het fornuis als het moet, dan zit ik weer op kantoor of sta ik op een ladder mee te helpen bij een verbouwing. Geen dag is hetzelfde.’ Hij woont naast de Catharina Hoeve, maar het is de bedoeling dat dat verandert. ‘We hebben een boerderij iets verderop gekocht. Ik houd wel van dit buurtje, maar in de toekomst iets meer afstand is wel goed. Als ik nu in de tuin zit, hoor ik alles. Als er een dienblad met glazen omvalt, zit ik toch te balen.’

Uitdaging

Zonder iets aan de sfeer te veranderen, gebeurt er iedere winter wel iets bij de Catharina Hoeve. ‘Voorheen gingen we in de winter dicht en hadden we dan alle tijd voor eventuele verbouwingen. Nu blijven we het hele jaar open, maar we gebruiken de rustige perioden nog steeds om te zorgen dat alles up-to-date blijft.’ Joost groeide op in het bedrijf en is van mening dat de Catharina Hoeve de Catharina Hoeve moet blijven. ‘We passen de kaart wel een beetje aan en er is een serre gebouwd die iets meer eigentijds is. Maar mensen komen voor een bepaald gevoel.’ Omdat hij ook wel eens ‘wat anders’ wilde, greep hij de kans aan toen de strandpaviljoens op zijn pad kwamen. ‘Alles wat ik hier had geleerd, kon ik daar volledig loslaten. Het is compleet anders. Onvergelijkbaar. De pieken en dalen in drukte, de gasten, alles is anders. Een uitdaging, ja.’

Wat de toekomst betreft is het niet ondenkbeeldig dat er weer een generatie instapt. Joost heeft een zoon en een dochter. ‘We stimuleren ze om hun vleugels uit te slaan en te kiezen wat ze zelf willen. Mijn dochter wil kok worden en mijn zoon manager, dus dat ziet er goed uit. Want ik zou het stiekem toch wel heel leuk vinden als de Catharina Hoeve een familiebedrijf blijft.’

 

 


Familiebedrijven heb je overal. Maar op Texel zijn het er opvallend veel. In het nieuwe boek ‘Het blijft in de familie’ krijg je als lezer een inkijkje in 33 Texelse familiebedrijven.

Familiebedrijven heb je overal. Maar op Texel zijn het er opvallend veel. In het nieuwe boek ‘Het blijft in de familie’ krijg je als lezer een inkijkje in 33 Texelse familiebedrijven